De cijfers zijn des te dramatischer omdat het aantal verhuurde sociale woningen zelfs is gedaald in 2020. De Brusselse Gewestelijke Huisvestingsmaatschappij (BGHM) heeft 40.215 woningen in beheer, maar daarvan waren er slechts 35.573 bewoond. Ten opzichte van een jaar eerder nam dit cijfer af met 272 woningen af. “Bevoegd staatssecretaris Ben Hamou probeert de slechte cijfers af te schuiven op corona, maar in realiteit is er meer aan de hand. De bouw en renovatie van sociale woningen verloopt gewoon hopeloos traag in Brussel. Deze regering is nog bezig om de plannen van 16 jaar (+ 5.000 woningen) en 10 jaar geleden (+6.720 woningen) uit te voeren en zit daarbij aan een realisatiegraad van respectievelijk 65 procent en 34 procent. De huidige ambitie om 5.500 woningen op te leveren tegen 2024 is dus onrealistisch”, stelt Vanden Borre vast.
Brusselse ambities sociale woningbouw bestaan enkel op papier
Ook inzake het aantal volledige renovaties loopt het beleid hopeloos achter, merkt Vanden Borre op. “Slechts 13,5 procent van het vooropgestelde aantal renovaties is tot op heden gerealiseerd. Deze renovaties zijn nochtans van cruciaal belang voor zowel het welbehagen van de bewoners als voor het behalen van de klimaatdoelen. Zowel de sociale woningbouw als de klimaatambities van deze regering bestaan dus vooral op papier. In Vlaanderen laten linkse partijen en ook organisaties zoals ‘de Woonzaak’ en ‘Klimaatzaak’ niet na om het beleid inzake sociale woningbouw en de klimaatambities te veroordelen. Nochtans is de situatie in Vlaanderen bijlange niet zo zorgwekkend als in de hoofdstad. Waar blijven die kritische stemmen hier in Brussel?” oordeelt Vanden Borre.
Een greep uit de renovatiecijfers:
- volledige renovaties: 67 op 1.616 (4,1 procent)
- renovaties van de gebouwschil : 699 op 6 320 (10,9 procent)
- renovaties van de technische componenten : 3 247 op 21 872 (14,8 procent)
- Globaal aantal : 4.013 op 29.808 (13,5 procent)
Toewijzing sociale woning: willekeur en vriendjespolitiek
Ook wat de toekenning zelf van de sociale woningen betreft, kunnen er ernstige vragen gesteld worden. In 2020 werden amper 1.685 woningen toegekend, een vermindering met 26 procent ten opzichte van 2019. Slechts 40 procent van deze 1.685 woningen werd toegewezen aan nieuwe huurders volgens de volgorde van de wachtlijst. In de overige gevallen was sprake van mutaties en transfers alsook van toewijzingen volgens overeenkomst of afwijking. Vanden Borre reageert: “De mogelijkheid om een sociale woning toe te kennen ‘volgens overeenkomst of afwijking’ moet worden beknot. Deze praktijk zet de deur open voor willekeur en vriendjespolitiek. In het algemeen is er in Brussel een totaal gebrek aan controle op het naleven van alle verplichtingen om een sociale woning te huren, zoals inkomensvereisten, taalkennisvereisten, het bezit van een woning in het buitenland, etc. Het zogenaamde ‘Noodplan voor de Huisvesting’ voorziet geen enkele maatregel om sociale fraude tegen te gaan. Ik roep de regering hierbij nogmaals op om een omvattend beleid te voeren, waarbij zowel wordt ingezet op extra sociale woningen alsook op een efficiënte en eerlijke toewijzing van de bestaande woningen.”